ZINGEN ONDER DE PEPERBUS”
Zondagmiddag 31 maart 2019, aanvang 16.30 uur
Onze Lieve Vrouwen Basiliek, Ossenmarkt, Zwolle
Thema: “van Leipzig naar Zwolle”
Medewerking wordt verleend door :
Projectkoor o.l.v. Jenny van Ark
Harderwijks Strijkersensemble
tenor Jacob Schenk
Piano: Wilco Veldkamp
organist Jacob Schenk
leiding: ds. Hans van Ark
Vanmiddag horen we en zingen we koralen uit Bach’s meesterwerk de Mattheus Passion. Tussendoor klinken korte gedeeltes uit de hoofdstukken 26 en 27 van het Mattheusevangelie
Vooraf zingen
Samenzang (melodie ev liedbundel no 161)
De lente is gekomen
Samenzang Gezangen voor de liturgie 441 gedenken wij dankbaar de daden des Heren
Johan de Heer 232 waarheen pelgrims, waarheen gaat gij 1,2, en 4
Welkom en inleiding
Orkest speelt Good Friday Meditation
Zingen (met orgelbegeleiding)
Psalm 42 vers 1 en 2
Lezing
Toen Jezus deze laatste rede had uitgesproken, zei Hij tegen zijn leerlingen:
‘Over twee dagen is het, zoals jullie weten, Pesach. Dan wordt de Mensenzoon uitgeleverd om gekruisigd te worden.’
Koor:
Herzliebster Jesu,
was hast Du verbrochen,
dass man ein solch
scharf Urteil hat gesprochen?
Was ist die Schuld?
In was für Missetaten,
bist Du geraten?
Lezing
Ondertussen kwamen de hogepriesters en de oudsten van het volk bijeen in het paleis van de hogepriester, Kajafas. Daar beraamden ze het plan om Jezus door middel van een list gevangen te nemen en hem te doden.
Samenzang gezang 178 liedboek Jezus om uw lijden groot vers 1, 6, 7
Lezing:
Daarop ging een van de twaalf, die met de naam Judas Iskariot, naar de hogepriesters en zei: ‘Wat krijg ik van u als ik hem aan u uitlever?’ Ze betaalden hem dertig zilverstukken. Vanaf dat moment zocht Judas een gunstige gelegenheid om hem uit te leveren.
Toen de avond was gevallen, lag Jezus samen met de twaalf aan voor de maaltijd. Onder het eten zei Hij tegen hen: ‘Ik verzeker jullie: één van jullie zal mij uitleveren.’ Dit bedroefde hen zeer, en de één na de ander vroegen ze hem: ‘Ik toch niet, Heer?’
KOOR:
Ich bin’s, ich sollte büsen
An Händen und an Füsen
Gebunden in der Höll.
Die Geiseln und die Handen,
Und was du ausgestanden
Das hat verdienet meine Seel.
Lezing
Nadat ze de lofzang hadden gezongen, vertrokken ze naar de Olijfberg. Onderweg zei Jezus tegen hen: ‘Jullie zullen mij deze nacht allemaal afvallen, want er staat geschreven: “Ik zal de herder doden, en de schapen van zijn kudde zullen uiteengedreven worden.”
Petrus zei daarop tegen hem: ‘Misschien zal iedereen u afvallen, ik nooit!’ Jezus antwoordde hem: ‘Ik verzeker je: deze nacht zul je, nog voor de haan gekraaid heeft, mij driemaal verloochenen.’ Petrus zei: ‘Al zou ik met u moeten sterven, verloochenen zal ik u nooit.’ Alle andere leerlingen vielen hem daarin bij.
samenzang: (mel. O hoofd vol bloed en wonden)
Ik wil hier bij U blijven,
Verwerp mijn bijzijn niet
Ik wil U niet verlaten
U die mij nooit verliet
Wanneer Uw hart zal breken
In ’t uur van uwe dood
Ik zal Uw hoofd dan bergen
In mijne arm en schoot.
Lezing
Vervolgens ging Jezus met zijn leerlingen naar een olijfgaard die Getsémane genoemd werd. Hij zei: ‘Blijven jullie hier zitten, ik ga daar bidden.’ Hij nam Petrus en de twee zonen van Zebedeüs met zich mee. Toen hij zich bedroefd en angstig voelde worden, 38 zei hij tegen hen: ‘Ik voel me dodelijk bedroefd; blijf hier met mij waken.
samenzang:
Liedboek gezang 391 de maan is opgekomen
vers 1 en 3
Lezing:
Hij liep nog een stukje verder, knielde toen en bad diep voorovergebogen: ‘Vader, als het mogelijk is, laat deze beker dan aan mij voorbijgaan! Maar laat het niet gebeuren zoals ik het wil, maar zoals u het wilt.’ Hij liep terug naar de leerlingen en zag dat ze lagen te slapen. Hij zei tegen Petrus: ‘Konden jullie niet eens één uur met mij waken? Blijf wakker en bid dat jullie niet in beproeving komen; de geest is wel gewillig, maar het lichaam is zwak.’
Samenzang: Gezang 391 de maan is opgekomen couplet 4 en 7
Lezing:
Voor de tweede maal liep hij van hen weg en bad: ‘Vader, als het niet mogelijk is dat deze beker aan mij voorbijgaat zonder dat ik eruit drink, laat het dan gebeuren zoals u het wilt.’
Koor:
Was mein Gott will, das gesche’ all’zeit,
Sein Will der ist der beste
Zu helfen den’n er ist bereit
Die an ihn glauben feste
Er hilft aus Not,
Der fromme Gott
Und züchtiget mit Massen
Wer Gott vertraut,
Fest auf ihn baut
Den will er nicht verlassen.
Lezing:
Toen hij terugkwam, zag hij dat ze weer sliepen, want ze waren door vermoeidheid overmand. Hij liet hen achter, liep opnieuw wat verder en bad voor de derde maal, met dezelfde woorden als daarvoor. Daarna voegde hij zich weer bij de leerlingen en zei: ‘Liggen jullie daar nog steeds te slapen en te rusten? En dat terwijl het ogenblik nabij is waarop de Mensenzoon wordt uitgeleverd aan zondaars. Sta op, laten we gaan; kijk, hij die mij uitlevert, is al vlakbij.’
Samenzang:
Refrein:
Nobody knows the trouble I’ve seen
Nobody knows but Jesus
Nobody knows the trouble I’ve seen
Glory Hallelujah.
Couplet 1
Er is zo veel ver-driet en leed, Heer, mijn God
Veel meer nog dan een mens zelf we-e-t, Heer mijn God
Refrein:
Niemand o Heer, kent mijn verdriet
Niemand dan U, Heer Jezus
Niemand die ooit mijn tranen ziet
Glory Hallelujah.
Couplet 2
Het leed komt niet bij U vandaan, Heer mijn God
De mens doet het de ander a-a-an, Heer mijn God.
Refrein:
Niemand o Heer, kent mijn verdriet
Niemand dan U, Heer Jezus
Niemand die ooit mijn tranen ziet
Glory Hallelujah.
Lezing
Zij die Jezus gevangengenomen hadden, leidden hem voor aan Kajafas, de hogepriester bij wie de schriftgeleerden en de oudsten bijeengekomen waren. Maar Jezus bleef zwijgen. Maar Jezus bleef zwijgen. De hogepriester zei: ‘Ik bezweer u bij de levende God, zeg ons of u de Messias bent, de Zoon van God.’ Jezus antwoordde: ‘U zegt het. Maar ik zeg tegen u allen hier: vanaf nu zult u de Mensenzoon zien zitten aan de rechterhand van de Machtige en hem zien komen op de wolken van de hemel.’ Hierop scheurde de hogepriester zijn kleren en hij riep uit: ‘Hij heeft God gelasterd! Waarvoor hebben we nog getuigen nodig? Nu hebt u met eigen oren gehoord hoe hij God lastert. 66 Wat denkt u?’ Ze antwoordden: Hij is schuldig en verdient de doodstraf!’ Daarop spuwden ze hem in het gezicht en sloegen hem. Anderen stompten hem 68 en zeiden: ‘Profeteer dan maar eens voor ons, Messias, wie is het die je geslagen heeft?’
Koor:
Wer hat dich so geschlagen
Mein Heil und dich mit Plagen
So übel zugericht?
Du bist ja nicht ein Sünder
Wie wir und unsere Kinder
Von Missetaten weist du nicht.
Lezing
De volgende ochtend vroeg namen alle hogepriesters met de oudsten van het volk het besluit Jezus ter dood te brengen. Nadat ze hem geboeid hadden, leidden ze hem weg en leverden hem over aan Pilatus, de prefect. Toen Jezus voor de prefect stond, stelde deze hem de vraag: ‘Bent u de koning van de Joden?’ Jezus zei: ‘U zegt het.’ Maar op de beschuldigingen die de hogepriesters en oudsten tegen hem inbrachten, antwoordde hij niet één keer. Daarop zei Pilatus tegen hem: Hoort Gij niet, hoeveel zij tegen U getuigen? Hij gaf op geen enkele beschuldiging enig weerwoord, wat de prefect zeer verwonderde.
Pilatus vroeg: ‘Wat heeft hij dan misdaan? Maar ze schreeuwden alleen maar harder: ‘Aan het kruis met hem!’ Toen Pilatus in zag dat zijn tussenkomst nergens toe leidde, dat het er integendeel naar uitzag dat men in opstand zou komen, liet hij water brengen, waste ten overstaan van de menigte zijn handen en zei: ‘Ik ben onschuldig aan de dood van deze man. Zie het zelf maar op te lossen.’ En heel het volk antwoordde: ‘Laat zijn bloed óns dan maar worden aangerekend, en onze kinderen!’ Ze kleedden hem uit en deden hem een scharlakenrode mantel om, ze vlochten een kroon van doorntakken en zetten die op zijn hoofd. Ze gaven hem een rietstok in zijn rechterhand en vielen voor hem op de knieën. Spottend zeiden ze: ‘Gegroet, koning van de Joden, en ze spuwden op hem, pakten hem de rietstok weer af en sloegen hem tegen het hoofd.
Orkestsolo: The Old Rugged Cross
Lezing
Nadat ze hem zo hadden bespot, trokken ze hem de mantel uit, deden hem zijn kleren weer aan en leidden hem weg om hem te kruisigen
Zo kwamen ze bij de plek die Golgota genoemd wordt, wat ‘schedelplaats’ betekent. Ze gaven Jezus met gal vermengde wijn, maar toen hij die geproefd had, weigerde hij ervan te drinken.
Projectkoor
Befiehl du deine Wege
Und was dein Herze kränkt
Der allertreusten Pflege dess, der den Himmel lenkt
Der Wolken, Luft und Winden, gibt Wege, Lauf und Bahn
Der wird auch Wege finden, da dein Fuss gehen kan
Lezing
Nadat ze hem gekruisigd hadden, verdeelden ze zijn kleren onder elkaar door erom te dobbelen, 36 en ze bleven daar zitten om hem te bewaken.37 Boven zijn hoofd bevestigden ze de aanklacht, die luidde: ‘Dit is Jezus, de koning van de Joden’ Daarna werden er naast hem twee misdadigers gekruisigd, de een rechts van hem, de ander links. De voorbijgangers keken hoofdschuddend toe en dreven de spot met hem:‘Jij was toch de man die de tempel kon afbreken en in drie dagen weer opbouwen? Als je de Zoon van God bent, red jezelf dan maar en kom van dat kruis af! Rond het middaguur viel er duisternis over het hele land, die drie uur aanhield. Aan het einde daarvan, in het negende uur, gaf Jezus een schreeuw en riep luid:‘Eli, Eli, lema sabachtani?‘ Dat wil zeggen: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten?’
Samenzang ev liedbundel no 114 als ik in gedachten sta 1,2, 5
Toen de omstanders dat hoorden, zeiden enkelen van hen: ‘Hij roept om Elia!’ Meteen kwam er uit hun midden iemand toegesneld die een spons pakte en in zure wijn doopte. Hij stak de spons op een stok en probeerde hem te laten drinken. De anderen zeiden: ‘Niet doen, laten we eens kijken of Elia hem komt redden.’ Nog eens schreeuwde Jezus het uit, toen gaf hij de geest.
Koor:
Wenn ich einmal soll scheiden
So scheide nicht von mir,
Wenn ich den Tod soll leiden,
So tritt du denn herfür !
Wenn mir am allerbängsten
Wird um das Herze sein,
So reiss mich aus den Ängsten
Kraft deiner Angst und Pein !
Moment van stilte
Samenzang gezang 183 liedboek vers 6
Lezing
Vele vrouwen, die Jezus vanuit Galilea gevolgd waren om voor hem te zorgen, stonden van een afstand toe te kijken. 56 Onder hen bevonden zich Maria uit Magdala, Maria de moeder van Jakobus en Josef, en de moeder van de zonen van Zebedeüs. Toen de avond gevallen was, arriveerde er een rijke man die uit Arimatea afkomstig was. Hij heette Josef en was ook een leerling van Jezus geworden. Hij meldde zich bij Pilatus en vroeg hem om het lichaam van Jezus. Hierop gaf Pilatus bevel het aan hem af te staan.
Josef nam het lichaam mee, wikkelde het in zuiver linnen en legde het in het nieuwe rotsgraf dat hij voor zichzelf had laten uithouwen.
Solozang Jacob Schenk uit Johannes Passion, Erwäge
Erwäge, wie sein blutgefärbter Rücken
in allen Stücken
dem Himmel gleiche geht.
Daran, nachdem die Wasserwogen
von unsrer Sündflut sich verzogen,
der allerschönste Regenbogen.